Klacht over dossierstukken

2005


thumbnail
Aan: Centraal Klachtenbureau UWV


13 juni 2005
Betreft: klacht
Bijlagen:
• Medisch onderzoekverslag, d.d. 11 augustus 2003, met correctie.
• Brief van Rechtbank R., d.d. 1 april 2005.

Geachte mevrouw of heer,

Hierbij dien ik een klacht in tegen de afdeling Bezwaar en Beroep te B..

Bij een verweerschrift van 14 april 2005 stuurde de afdeling Bezwaar en Beroep stukken naar de Rechtbank (met inhoudsopgave). Bij een brief van 17 mei 2005 stuurde de afdeling Bezwaar en Beroep nog een hoeveelheid papieren om het aan te vullen.

Mijn klachten betreft de stukken die bij de brief van 17 mei 2005 zijn meegestuurd:
* Met die aanvulling van de stukken is het dossier nog steeds erg onvolledig.
* Er was geen inventarislijst bij die stukken aanwezig. Terwijl de Rechtbank daar wel om vraagt.
* Bij die stukken bevond zich een medisch onderzoekverslag van 11 augustus 2003. De versie die de afdeling Bezwaar en Beroep stuurde betrof echter de ongewijzigde versie, terwijl de wijzigingen door de afdeling Bezwaar en Beroep zélf zijn aangebracht. Dit vind ik bijzonder vervelend, en omdat in het verleden ook de ongecorrigeerde versie van een brief naar de Rechtbank werd verstuurd.

Met vriendelijke groet,
D.


Op 15 juni 2005 werd ik opgebeld over mijn klacht. Of ik mijn klacht mondeling wilde toelichten, en of het UWV alsnog de brief met correctie naar de Rechtbank moest sturen. Ik hoefde het niet mondeling toe te lichten, en heb gezegd dat ik die brief zelf wel zou sturen, want anders zou het te laat zijn omdat de zitting op 7 juli 2005 is.

thumbnail
UWV
Amsterdam

De heer D.

Datum 15 juni 2005
Van Centraal Klachtenbureau UWV
Ons kenmerk Klachtcontactnr: 2005.06.0784
Uw nummer ###
Uw kenmerk
Bijlage(n) Geen

Onderwerp
Informatie over de afhandeling van uw klacht(en)

Geachte heer D.,

U heeft schriftelijk een klacht bij ons ingediend, die wij hebben ontvangen op 15 juni 2005. Wij hebben deze klacht geregistreerd onder klachtcontactnummer 2005.06.0784.

Wat kunt u van ons verwachten?
Wij sturen uw klacht naar de manager van het bedrijfsonderdeel waar uw klacht over gaat. Deze manager gaat de klacht nader onderzoeken. De Algemene Wet Bestuursrecht schrijft voor dat dit onderzoek binnen zes weken na ontvangst van uw klacht tot resultaat moet hebben geleid. Als dit niet lukt, dan mag de termijn van afhandeling met maximaal vier weken verlengd worden. Hiervan krijgt u dan schriftelijk bericht. Wij streven er echter naar uw klacht binnen drie weken af te handelen.

Geen mondelinge toelichting
U heeft ons laten weten geen gebruik te maken van de mogelijkheid om uw klacht mondeling toe te lichten.

Heeft u nog vragen?
Het kan natuurlijk zijn dat u nog vragen over de klachtprocedure heeft. U kunt dan telefonisch contact met ons opnemen. Wij zijn bereikbaar op werkdagen tussen 9.00 - 17.00 uur op telefoonnummer ###. Wilt u uw klachtcontactnummer bij de hand houden, dan kunnen onze medewerkers u snel van dienst zijn.

Hoogachtend,
Uitvoering Werknemersverzekeringen
Mw. ###
Directoraat Cliëntenservice & Communicatie

Bent u het niet eens met onze klachtafhandeling, dan kunt u zich met een verzoekschrift richten tot de Nationale ombudsman, Postbus ###, DEN HAAG. Telefoon ###. Het verzoekschrift moet binnen een jaar na de datum van de afhandelingbrief zijn ingediend.



thumbnail thumbnail thumbnail
UWV
B.

De heer D.

Datum 12 juli 2005
Van W.
Ons kenmerk 2005.06.0784
Uw kenmerk ###

Onderwerp
klacht

Geachte heer D.,

Al eerder hebben we u laten weten, dat we de klacht verder zouden onderzoeken, die wij op 15 juni 2005 van u hebben ontvangen. Dit onderzoek is afgerond. Het resultaat daarvan delen wij u in deze brief mede.

Feitelijke gegevens
U hebt op 12 augustus 2004 bezwaar gemaakt tegen een primair besluit d.d. 16 juli 2005. Met een brief d.d. 26 oktober 2004 zijn de op de bezwaarzaak betrekking hebbende stukken aan u toegezonden en is u gevraagd de gronden van uw bezwaar in te dienen. Bij brief d.d. 11 november 2004 met bijlage hebt u de gronden van het bezwaar ingediend. Op 5 januari 2005 hebt u op een hoorzitting uw bezwaar toegelicht. Bij brief van 18 februari 2005 is aan u de beslissing op uw bezwaar bekend gemaakt. Bij brief van 25 maart 2005 hebt u tegen deze beslissing beroep ingesteld bij de rechtbank te R.. De rechtbank heeft ons op 1 april 2005 gevraagd om de op de zaak betrekking hebbende stukken - genummerd en in chronologische volgorde en voorzien van een inventarislijst - en een verweerschrift in te dienen. Bij brief van 14 april 2005 is aan dit verzoek voldaan. Op 3 mei 2005 heeft de rechtbank een nader verzoek om toezending van stukken gedaan. Bij brief van 9 mei 2005 hebt u aan de rechtbank medegedeeld, dat de door ons ingezonden stukken slechts een klein deel van uw dossier zouden betreffen. Deze brief heeft de rechtbank ons op 11 mei 2005 toegezonden ter completering van het dossier. Bij brief van 17 mei 2005 zijn de door de rechtbank gevraagde stukken, alsmede op eerdere procedures betrekking hebbende stukken aan de rechtbank toegezonden.

De klacht
Bij brief van 13 juni 2005, door ons ontvangen op 15 juni 2005 hebt u aangegeven, dat u zich beklaagt over de afdeling Bezwaar en Beroep (B&B) te B., nu die afdeling bij brief van 17 mei 2005 onvolledig is geweest in de toezending van stukken aan de rechtbank. Voorts was geen inventarislijst bij die stukken aanwezig terwijl de rechtbank daar wel om gevraagd had. Verder werd van een onderzoeksverslag d.d. 11 augustus 2003 alleen de oorspronkelijke en niet een door B&B zelf gewijzigde versie ingebracht.

Hoorzitting
U hebt medegedeeld geen behoefte eraan te hebben om tijdens een hoorzitting over uw klacht te worden gehoord.

Overwegingen
Artikel 7:11 van de Algemene Wet Bestuursrecht (AWB) bepaalt, dat op grondslag van het bezwaar een heroverweging van het bestreden besluit plaatsvindt.
In artikel 8:42 lid 1 van de AWB is bepaald, dat binnen vier weken nadat de rechtbank het beroepschrift aan het bestuursorgaan heeft verzonden dat bestuursorgaan de op de zaak betrekking hebbende stukken aan de rechtbank toezendt.
In artikel 8:69 lid 1 van de AWB is neergelegd, dat de rechtbank uitspraak doet op grondslag van het beroepschrift, de overgelegde stukken, het verhandelde tijdens het vooronderzoek en het onderzoek ter zitting. Daarmee wordt de omvang van het geding bepaald.

Bij brief van 14 april 2005 zijn aan de rechtbank de op de zaak betrekking hebbende stukken toegezonden. Op 17 mei 2005 zijn door ons, behalve de stukken waarom de rechtbank had gevraagd, nog verdere op de zaak betrekking hebbende stukken aan de rechtbank toegezonden. Wij hebben geen aanknopingspunt er voor kunnen vinden, dat wij het begrip "op de zaak betrekking hebbend" daarbij onvoldoende ruim zouden hebben opgevat. Het oordeel hierover is aan de rechter voorbehouden. Gezien de inhoud van de brief van de griffier van de rechtbank aan u d.d. 10 juni 2005 was ook de rechter op dat moment vooralsnog van oordeel, dat hij over voldoende stukken beschikte om na mondelinge behandeling van uw beroep op 7 juli 2005 een uitspraak in uw zaak te kunnen doen.
Het staat u in de procedure vrij nog andere stukken in te brengen, waarvan u meent, dat ze in het kader van de beoordeling van het beroep voor de rechtbank van belang zijn. Van die mogelijkheid hebt u ook gebruik gemaakt met de toezending bij brief van 21 juni 2005.

In het dossier van UWV is een inventarislijst aanwezig van de stukken, die op 14 april 2005 aan de rechtbank zijn verzonden. De stukken, die op 17 mei 2005 aan de rechtbank zijn verzonden waren stukken uit eerdere procedures, waarvan de inventaris bij u en in ieder geval bij de rechtbank bekend was uit die procedures. De rechtbank heeft ook niet om een nadere inventarislijst gevraagd. Benadrukt wordt, dat het hier om een verzoek van de rechtbank gaat ten behoeve van de dossiervorming en de procesorde.

Aangezien door u meerdere procedures zijn gevoerd, zijn meerdere dossiermappen op uw naam in onze administratie aanwezig, waarvan de inhoud elkaar ten dele overlapt. De op 2 oktober 2003 aangebrachte aanpassing op de derde bladzijde van de rapportage van de bezwaarverzekeringsarts d.d. 11 augustus 2003 zal mogelijk daardoor niet in elk dossier zijn doorgevoerd. In elk geval blijkt, dat u de aangepaste versie van dat rapport in uw bezit hebt. U kunt deze desgewenst overleggen aan de rechter. U hebt dat ook gedaan. Hoewel naar onze mening de oorspronkelijke tekstversie geen substantieel andere, in onjuiste zin afwijkende, informatie ten opzichte van de aangepaste zinsnede geeft - het gaat ons inziens meer om een gevarieerde verwoording van een zelfde gegeven - hebt u in het kader van een correctieverzoek d.d. 24 september 2003 ondubbelzinnig aangegeven, dat u de betreffende zinsnede in de door u voorgestelde zin gewijzigd wenste te hebben. Aan dat verzoek hebben wij, in de persoon van bezwaarverzekeringsarts mevrouw D2., voldaan. In verdere van deze rapportage aangewende exemplaren van het rapport had de aanpassing eveneens opgenomen moeten zijn. Wij hebben in het dossier een kopie van uw exemplaar van de rapportage d.d. 11 augustus 2003 gevoegd met de aantekening om die versie in het vervolg aan te wenden voor extern gebruik.

Het geheel overziende kunnen wij uw gevoelen over de gang van zaken op onderdelen begrijpen. Voor wat betreft het eerste onderdeel is echter geen sprake van een tekortkoming en op het tweede onderdeel in ieder geval niet van een tekortkoming tegenover u. Met betrekking tot het derde onderdeel is naar ons oordeel niet in betekenende zin onjuiste informatie verstrekt, maar door onbekende oorzaak de aanpassing ingevolge uw correctieverzoek niet volledig doorgevoerd. Wij zullen hieraan aandacht geven en op andere bereikbare exemplaren van dat rapport de betreffende aanpassing eveneens aanbrengen.

Conclusie
Uw klacht wordt voor wat betreft het eerste en het tweede ongegrond geacht en op het derde onderdeel gegrond geacht. Wij zullen de aanpassing in de rapportage van de bezwaarverzekeringsarts ook in overige voor verder gebruik toegankelijke exemplaren van dat rapport doorvoeren. Wij bieden excuses aan voor de onvolledige doorvoering tot nu toe.

Tot slot
Als u het niet eens bent met onze klachtenbehandeling, kunt u contact opnemen met de Nationale ombudsman. Het adres is Nationale ombudsman, Postbus ###, ### Den Haag. Voor verdere informatie adviseren wij u te bellen met het gratis telefoonnummer van de Nationale ombudsman ###.

Hoogachtend,
Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen
J3.
regiomanager Bezwaar en Beroep UWV B.


In de brief hierboven staat een typefoutje, de beslising is van 16 juli 2004 en niet van 16 juli 2005.
De brief hierboven is vrij uitgebreid, en er worden een stel onredelijke argumenten aangevoerd.

Laatste wijziging van deze bladzijde: juli 2005